Jaarrekening 2018

Grondbeleid

1.4 Grondbeleid

Grondbeleid in Bloemendaal
Deze paragraaf geeft een toelichting op de bouwgrondcomplexen, projecten waar sprake is van actieve grondpolitiek. De overige projecten maken onderdeel uit van de toelichting van het programma volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing.
Vanaf de vijftiger jaren van de vorige eeuw voert de gemeente een behoudende (grond)-politiek. Dit is een direct gevolg van het ruimtelijk beleid in de gemeente: niet uitbreiden en financiële risico's beperken. Het doel van dit beleid is om het groene karakter van de gemeente zoveel mogelijk te behouden. Op dit moment geldt nog sterker dan vroeger dat het beleid erop gericht is het bijzondere woon- en leefmilieu te beschermen. Daar waar volgens het bestemmingsplan gebouwd mag worden, stelt de gemeente zich reactief op: ze laat het initiatief over aan ‘de markt’. Op het gebied van de volkshuisvesting richt het beleid zich op het behoud, de vervanging van, aanpassing en indien mogelijk uitbreiding van de woningvoorraad. Om invloed te kunnen uitoefenen op het aantal sociale woningen is de verordening sociale woningbouw van kracht. Soms krijgt de gemeente de regie over de uitbreiding van de woningvoorraad doordat ze de invulling van een bouwlocatie bepaalt omdat ze de grond in bezit heeft of deze aankoopt.

Nota Grondbeleid
De in november 2012 vastgestelde Nota Grondbeleid is een strategische nota die op hoofdlijnen de kaders schetst voor het grondbeleid van de gemeente Bloemendaal. De kaders voldoen aan het gestelde in het Besluit Begroting en Verantwoording (hierna: BBV) en sluiten aan op de door de commissie BBV uitgebrachte richtlijn ‘Notitie grondexploitatie’ en de notitie `Faciliterend grondbeleid` van maart 2016.

Projecten
In Bloemendaal is er bij één project sprake van actieve grondpolitiek te weten: Landje van Van Riessen en een deel van het Bispinckpark. Dit betreft een bouwgrondcomplex. De overige projecten ruimtelijke ordening vallen buiten deze categorie omdat de gemeente hier geen grondpositie heeft en/of geen bouwgrondcomplexen in de zin van het BBV. De rol van de gemeente bij deze overige projecten is de herziening van een bestemmingsplan en overige activiteiten in het kader van de ruimtelijke ordening. De gemeente streeft ook bij projecten waarbij de grond geen eigendom is van de gemeente naar eenduidige afspraken en heldere verantwoording van de kosten. Dit wordt vastgelegd in een intentie en/of anterieure overeenkomst.
De verantwoordingsinformatie van de projecten is opgenomen in de programmatoelichting.

Kostenverhaal
De Grondexploitatiewet als onderdeel van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening geeft de gemeente mogelijkheden om kosten te verhalen op zelfrealisatoren. Dit is geregeld in de Handreiking Kostenverhaal. Voor de volgende projecten zijn overeenkomsten opgesteld: Park Vogelenzang; Reinwaterpark; Landgoed Dennenheuvel; Bos, Tuin en Dier; Kweekduin; dr. Dirk Bakkerlaan; Carré van Bloemendaal; Wildhoef; Vijverpark en Vijverwegkerk.

De belangrijkste ontwikkelingen in 2018 zijn:
Landje van Van Riessen / Bispinckpark
Kenmerk
Bouwgrondcomplex, niet in exploitatie genomen grond. Vanaf 1 januari 2017 wordt de boekwaarde niet meer aangemerkt als voorraad grond maar in de balans verantwoord als gronden en terreinen onder de rubriek materieel vaste activa.

Marktpositie
De gemeente is eigenaar van de grond.

Stand van zaken en ontwikkelingen

Door besluiten in 2015 kwam de grond vrij voor herontwikkeling en verkoop. Hiervoor werd in 2016 een Plan van Aanpak in de raadscommissie besproken. In 2016 besloot de raad dat de locatie Bispinckpark mogelijk voor sociale woningbouw in aanmerking zou kunnen komen. Voor het Landje van Van Riessen bestaat deze mogelijkheid ook hoewel de aankoopsom van de grond beduidend hoger is dan de te verwachten opbrengsten bij sociale woningbouw. Het document Stedenbouwkundig Perspectief geeft diverse stedenbouwkundige bebouwingsmogelijkheden weer en is beschikbaar gesteld aan de raad.

Voorziening risico’s grondexploitaties

Een bouwgrondcomplex wordt als 'in exploitatie genomen' beschouwd zodra de raad een grondexploitatiebegroting heeft vastgesteld. Grondbeleid en vooral de financiële gevolgen van het grondbeleid hebben hun invloed op de gemeentelijke begroting, het weerstandsvermogen en de risicobeheersing. In een vroegtijdig stadium van planontwikkeling en besluitvorming moeten de risico's transparant zijn en zo volledig mogelijk in beeld worden gebracht. Voor alle (in exploitatie genomen) projecten van het grondbeleid worden onderbouwde exploitatieberekeningen gemaakt. In de berekeningen van de exploitatieopzetten wordt zo veel mogelijk rekening gehouden met actuele prijs- en opbrengststijgingen, alsmede de fasering van toekomstige kosten en opbrengsten in relatie tot de risico's in de markt en de economische omstandigheden. De berekeningen worden jaarlijks geactualiseerd om zicht op de financiële consequenties te houden. Eventuele geprognosticeerde verliezen worden via een voorziening afgevangen.
In verband met de aangepaste verantwoordingsregels van het BBV per 1 januari 2017 wordt de grond van het Landje van Van Riessen niet meer aangemerkt als voorraad 'Niet in exploitatie genomen grond' maar tegen de huidige boekwaarde (=aanschafwaarde minus verliesvoorziening) verantwoord als 'Gronden en terreinen' onder de rubriek materieel vaste activa. De destijds genomen voorziening van € 560.000 in de voorziening risico’s grondexploitatie is op de aanschafprijs in mindering gebracht.
De stand van de voorziening Risico's grondexploitaties bedraagt per balansdatum € 0.

ga terug